Het hele jaar door is er aanvoer van verse vis. Toch is het aanbod van vis dat in onze vistoog ligt niet elke maand, week, zelfs niet elke dag hetzelfde. Verschillende vissoorten planten zich immers op verschillende tijdstippen en locaties voort, leven op verschillende locaties (onderhevig aan andere weersomstandigheden) en hebben nood aan andere soorten voeding om te groeien. Maar welke vis eet je dan best in het voorjaar? We sommen ze op!
Rondvissen
In de maanden januari tot april zijn vooral de rondvissen op hun best. Tot de familie van de rondvissen behoren bijvoorbeeld: makreel, schelvis, rode poon, zeebaars, wijting, zeeduivel en dorade. Je kan ze – kan je het al raden? – herkennen aan hun ronde of elliptische vorm.
Tegengesteld tot platvissen (die enkel op de bodem leven), vind je rondvissen in de volledige waterkolom: van het wateroppervlak tot aan de bodem.
Tarbot, rog en schar
Anders dan we hierboven doen blijken, zijn er ook enkele platvissen die je in de maanden januari, februari en maart kan terugvinden. De tarbot, rog en schar zijn daar drie voorbeelden van. Deze vissoorten leven voornamelijk in de Noordzee en worden gedurende deze maanden nog veel opgevist.
Pijlinktvis en Sint-Jacobsschelpen
Geen grote fan van een goed stuk vis op je bord, maar wel van seafood? Dan heb je geluk! Het seizoen van de pijlinktvis (calamar) en de Sint-Jacobsschelpen loopt nog tot zeker eind maart.
Een duidelijk overzicht van de seizoensvissen vind je terug op de viskalender.
Zin in een heerlijk stukje vis, maar geen inspiratie? Bekijk dan onze recepten!